De FNV overhandigt vandaag aan de Tweede Kamer een 11-puntenplan met daarin een pleidooi voor eerder stoppen met werken. Ze krijgen bijval van een nieuwe hoogleraar.

De FNV wil dat werknemers met een zwaar beroep eerder moeten kunnen stoppen met werken. In deze nieuwe vorm van VUT compenseert de werkgever de werknemer voor de terugval in inkomen. De overheid moet dat fiscaal mogelijk maken, nu krijgen werkgevers nog een boete als ze werknemers die eerder willen stoppen met werken compenseren.
Een ander belangrijk punt waar de FNV zich in haar 11 puntenplan voor inzet is de flexibele AOW. In haar plan kunnen werknemers maximaal vier jaar eerder stoppen met werken en ontvangen dan 6 procent minder AOW voor ieder jaar dat ze eerder stoppen met werken. Werknemers met een minimumloon krijgen een korting van 3 procent per jaar, levenslang. Langer doorwerken dan de officiële AOW-leeftijd mag ook.
De FNV krijgt bijval van het Centraal Plan Bureau. Zij rekende eerder dit jaar uit dat een flexibele AOW bij aanvang geld kost, ongeveer 500 miljoen per jaar, maar op termijn juist 200 miljoen per jaar minder kost dan een vaste AOW-leeftijd.
Er is nog een voorstander van de flexibele AOW, dat is Jan van Ours die deze week tot hoogleraar wordt benoemd aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam. Een flexibele AOW is in zijn visie goed voor de welvaart van het land en voor het levensgeluk van oudere werknemers. Hij verwacht dat hoger opgeleide werknemers juist langer zullen blijven werken dan de officiële AOW-leeftijd. Met die extra belastingopbrengsten kan de eerdere AOW van de lager opgeleiden betaald worden.

Nico van Scheijndel

18 mei 2017