Het gaat goed met de pensioenfondsen, met goede rendementen op beleggingen en een stijgende rekenrente, maar is het goed genoeg?

Nog geen half jaar geleden was het paniek in de tent. De Nederlandse Bank maakte toen bekend dat waarschijnlijk veertien pensioenfondsen hun pensioenuitkeringen moesten verlagen. Zo niet, dan haalden ze de doelstelling van hun verbeterplan niet om aan de verplichte dekkingsgraad van 105 procent te kunnen voldoen in 2012. Na veel speurwerk en openbaringen werden de namen van de veertien pensioenfondsen bekend. Uiteindelijk hebben zeven fondsen hun pensioenen in 2011 gekort.
Om paniek dit jaar te voorkomen maakt De Nederlandse Bank medio februari de namen bekend van de pensioenfondsen die nog steeds in de problemen zijn en die als ze niets verbeteren in april 2012 hun pensioenen moeten korten. Zo ver laten pensioenfondsen het niet komen, ze maken nu al bekend hoe de vlag er bij hen bij hangt. En die wappert flink. Het pensioenfonds voor de bouw zat begin dit jaar op een dekkingsgraad van 107,4 procent. Veilig dus, ook het metaalpensioenfonds PMT doet het goed, zij zitten nu op een dekkingsgraad van 96 procent, enkele maanden geleden was dat nog rond de 80 procent. De verwachting is dat ook andere pensioenfondsen spoedig hun dekkingsgraad bekend maken.
De verbeterde dekkingsgraden komen voor een belangrijk deel voor rekening van de gestegen rekenrente van 3 naar 3,8 procent en ook de goede beleggingsresultaten. PMT boekte bijvoorbeeld een rendement van 15 procent. Ondanks de goede resultaten lopen de gepensioneerden van PMT nog altijd 4,4 procent aan koopkracht mis door niet ontvangen indexatie.