Nog maar vier partijen bieden een variabel pensioen aan en slechts weinigen maken er gebruik van, waardoor ze de kans op een hoger pensioen missen.

Naar schatting hebben een miljoen Nederlanders een premie- of kapitaalovereenkomst. Van deze overeenkomst moeten ze op de pensioendatum een pensioenuitkering kopen. Ze hebben dan voor de rest van hun leven een gelijkblijvende uitkering. Door de lage rente valt die uitkering tot tientallen procenten lager uit dan gedacht bij het afsluiten van premie- of kapitaalovereenkomst.
Sinds een jaar is het al mogelijk om niet een vaste uitkering te krijgen, maar jaarlijks een nieuwe afspraak te maken over de uitkering. De rest van het opgebouwde kapitaal wordt dan verder belegd. Met deze mogelijkheid is, als de rente stijgt, een hogere uitkering mogelijk. Gepensioneerden kunnen met het variabele pensioen toch nog profiteren van een rentestijging of beleggingswinsten en een hogere uitkering krijgen. Maar zij lopen ook het risico dat hun pensioen daalt als het tegenvalt.
Maar weinig klanten maken er gebruik van en er zijn nog maar weinig aanbieders op de markt. Van de vier aanbieders zegt Nationale Nederlander dat tussen de 5 en 10 procent kiest voor een variabel pensioen. Bij AEGON merken ze meer belangstelling. Voor de zomer was het aantal klanten dat koos voor een variabel pensioen bij hen 10 procent, maar inmiddels is dat al 25 procent.
Omdat de komende jaren veel afgesloten polissen vrijvallen en er naar verwachting meer aanbieders komen zullen ook de tussenpersonen, die de klant adviseren meer ruchtbaarheid gaan geven aan het variabel pensioen.

Nico van Scheijndel

7 augustus 2017