Het pensioen blijkt netto hoger dan gedacht, vooral de lagere belastingen spelen daarbij een hoofdrol.

Volgens de Financieel Fit Barometer van de ING denkt een doorsnee huishouden dat ze met AOW en pensioen samen, toch 32 procent van hun huidige netto inkomen moeten inleveren. Dat blijkt in de praktijk erg mee te vallen: gemiddeld leveren ze 16 procent in.
Het verschil zit in de lagere belastingen in de eerste twee schijven. Inkomens tot € 34.000 hebben in de eerste twee belastingschijven veel lagere tarieven door het wegvallen van de AOW-premie. Het tarief in de eerste belastingschijf tot € 20.000 is daardoor 18,65 procent in plaats van 36,55 procent. De schijf van € 20.000 tot € 34.000 is het tarief 22,50 procent in plaats van 40,40 procent voor personen die nog geen AOW ontvangen. Door de lagere belastingheffing houden AOW’ers bij een volledige pensioenopbouw van 70 procent van hun gemiddeld loon, toch 84 procent van het netto inkomen over dat ze hadden voordat ze AOW en pensioen ontvingen. Omdat men gemiddeld denkt 75 procent van het huidige inkomen na pensionering nodig te hebben, valt het netto pensioen volgens de ING bij velen mee.
Senne Janssen, onderzoeker van de ING, waarschuwt wel dat niet iedereen gemiddeld is. Vooral zelfstandigen en de allochtonen van de eerste generatie hebben volgens hem vaak ontoereikende pensioenen. Zelfstandigen omdat er geen geld was om te reserveren voor pensioen, allochtonen omdat ze een onvolledige AOW-opbouw hebben.

Nico van Scheijndel

19 oktober 2016