Niet alleen de premie voor de zorgverzekering stijgt in 2016 verder door, ook de inkomensafhankelijke premie voor AOW-gerechtigden over hun pensioen stijgt terwijl die voor werknemers daalt.

De premie die wij voor onze zorgverzekering betalen bestaat uit drie onderdelen. De nominale premie zorgverzekering die we iedere maand betalen aan onze zorgverzekering, de aanvullende verzekeringen en de inkomensafhankelijke zorgpremie die onze werkgever of uitkeringsinstantie inhouden.

De nominale premie mag van de minister met € 7 euro stijgen naar maximaal € 1288 per jaar. De premie van de aanvullende verzekeringen en die van de nominale premie worden uiteindelijk door de zorgverzekeraars zelf vastgesteld. Zij maken die uiterlijk eind november bekend, zodat we in december een nieuwe zorgverzekering kunnen kiezen.

De inkomensafhankelijke premie stelt het kabinet vast in het belastingplan 2016 dat afgelopen dinsdag bekend werd. Die premie kent twee grondslagen, een voor werknemers en AOW’ers en een tweede voor ondernemers en gepensioneerden. De premie voor werknemers en over de AOW daalt met 0,2 procent. Een alleenstaande AOW’er betaalt daardoor in 2016 totaal € 28 minder premie. Maar heeft die AOW’er ook nog een pensioen of lijfrente bij, dan betaalt hij over dit pensioen 0,65 procent meer inkomensafhankelijke premie. Over een pensioen van € 10.000 per jaar dus € 65. Bij een pensioen van bruto € 358 per maand gaat de AOW’er er niet op voor- of achteruit.

Het eigen risico bij de zorgverzekering stijgt volgend jaar met € 10 naar € 385.

De maximale zorgtoeslag stijgt voor alleenstaanden met de laagste inkomens met € 71 naar € 1013 voor het hele jaar 2016. Twee persoonshuishoudens  met een laag inkomen krijgen volgend jaar maximaal € 1935, € 144 meer dan in 2015.

Nico van Scheijndel

17 september 2015