De AOW-gerechtigden die gekort zijn op hun partnertoeslag-AOW door de afkoop van een klein pensioen, maar niet tijdig bezwaar hebben gemaakt krijgen van de SVB geen compensatie.   Toen in 2013 de AOW-leeftijd een maand later werd, kochten de pensioenfondsen kleine pensioenen nog steeds af in de maand waarin iemand 65 jaar werd. Het afgekochte pensioen beschouwde de SVB als inkomen en korten vervolgens bij de AOW-gerechtigde op de partnertoeslag-AOW.  Toen 1000 getroffenen bezwaar maakten bij de Centrale Raad van Beroep en die de AOW-gerechtigden gelijk gaf, bond de SVB in en gaat ze de bezwaarmakers compenseren. Zij die niet of niet tijdig bezwaar maakten krijgen van de SVB geen compensatie. Het gaat om ongeveer 4500 AOW-gerechtigden die wel gekort zijn op hun toeslag, maar nu dus toch geen compensatie krijgen voor de korting De SVB verdedigt haar handelen met juridische argumenten. Toen de korting werd toegepast, was dat juridisch juist. Door geen bezwaar te maken hebben de AOW-gerechtigden hun mogelijk recht laten lopen. Zou de SVB nu toch ook hen compenseren, dan kan dat later bij andere zaken een precedentwerking hebben. De AOW-gerechtigden die geen bezwaar hebben gemaakt vissen dus achter het net. De SVB is na de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep gestopt met korten van de partnertoeslag-AOW. Pensioenfondsen mogen vanaf dit jaar de afkoopsom uitkeren op het moment dat de ontvanger zelf ook AOW ontvangt.

Nico van Scheijndel

18 maart 2015