We betalen mogelijk teveel belasting over ons spaargeld. De netto 1,2 procent belasting over het spaargeld kan een te zware last zijn en daarmee onrechtmatig. Bezwaar maken wordt kansrijker.

Door een recente uitspraak van de hoogste rechter in Nederland komt er een bom te liggen onder het fictieve rendement van 4 procent dat we volgens de wetgever over spaargeld maken. Samen met de 30 procent belasting daarover, kan de belastinglast wel eens onrechtmatig zijn.

Het vonnis van de Hoge Raad erkent dat het huidige belastingstelsel toelaatbaar is. Maar de rechter stelt ook, dat indien komt vast te staan dat het door de wetgever veronderstelde rendement van 4 procent over een lange reeks van jaren niet haalbaar is, het stelsel in strijd kan komen met het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens. De 4 procent fictief rendement die de belastingdienst hanteert zou dan onrechtmatig zijn. Omdat de gemiddelde rente al vele jaren fors lager is dan het fictief rendement van 4 procent lijkt bezwaar maken tegen de Vermogensrendementsheffing over het spaargeld kansrijk.

Het fictief rendement van 4 procent ligt al langer onder vuur. De commissie Dijkhuizen die onlangs een rapport uitbracht over het toekomstig belastingstelsel, deed ook een duit in het zakje. Hij deed de suggestie om als fictief rendement de gemiddelde spaarrente te nemen over de voorgaande vijf jaar. We zouden dan belasting betalen over een reëel rendement.

Er is nog geen reactie van het ministerie van Financiën op de uitspraak van de Hoge Raad. Voor belastingbetalers lijkt bezwaar maken tegen de aanslag  vermogensrendementsheffing op basis van de uitspraak van de Hoge Raad nu kansrijk.

Nico van Scheijndel

9 april 2015