Staatssecretaris Klijnsma van Volksgezondheid werkt aan een wetsvoorstel waarmee de AOW-leeftijd versneld stijgt. Maar de gevolgen voor het inkomen voor prepensioeners zijn enorm.

De FNV roept de Tweede Kamer op om het wetsvoorstel dat de AOW-leeftijd versnelt doet stijgen en dat nog in de schriftelijke voorbereidingsfase is, te verwerpen. Het wetsvoorstel is afkomstig van staatssecretaris Klijnsma van Sociale Zaken en zorgt er voor dat de eerste AOW al in 2018 pas op 66-jarige leeftijd komt te liggen en in 2021 op 67 jaar, twee jaar eerder dan nu nog het geval is. De versnelde verhoging van de AOW-leeftijd heeft gevolgen voor mensen die nu met prepensioen zijn. Het prepensioen eindigt doorgaans als je  65 jaar wordt. De periode tussen het einde van het prepensioen en de eerste AOW moeten deze mensen zelf maar zien te overbruggen.

De gevolgen zijn groot volgens de FNV. Het nadeel voor een alleenstaande kan oplopen tot € 7735 en dat komt bovenop de € 20.000 die sommigen al krijtgeraakt zijn door de eerdere verhoging van de AOW-leeftijd. Bij een echtpaar kan het later de eerste AOW ontvangen sinds 2013 oplopen tot meer dan € 6000.

De overbruggingsregeling van de overheid die de periode tussen het einde van het prepensioen en de eerste AOW moet opvangen is slechts een uitkering op minimumniveau. Het verschil tussen die uitkering en het voormalige prepensioen moeten de betrokkene zelf zien te dekken. Exacte cijfers over hoeveel mensen het kan gaan heeft de FNV niet, maar experts schatten dat het om 180.000 tot 240.000 mensen moet gaan.

De FNV vindt de versnelde verhoging van de AOW-leeftijd onnodig en van onbehoorlijk bestuur getuigen vanwege het late tijdstip waarop het wordt bekend wordt. Mensen hebben geen gelegenheid gehad zich voor te bereiden. Bovendien helpt het niemand. Er zijn nu 600.000 werklozen en met het voorstel gaan 300.000 mensen later met pensioen. In die zin werkt het versneld verhogen van de AOW-leeftijd contraproductief voor de vele werkzoekenden.

Nico van Scheijndel

10 december 2014