Het kerkbezoek daalt in Nederland nog steeds en ook het vertrouwen in de regels van de kerk neemt af. Toch is niet alles verloren, want juist onder de jeugd neemt het kerkbezoek toe.

Volgens het vandaag verschenen rapport Geloven binnen en buiten verband van het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP) is het aantal mensen dat zich tot lid van een kerkgenootschap rekent de afgelopen decennia enorm gedaald. Rekende in 1958 nog 75 procent van de Nederlandse bevolking zich tot een kerkgenootschap, in 1980 was dit nog maar 50 procent. Om vervolgens verder te dalen tot 30 procent in 2012. Ook het aantal mensen dat wekelijks de kerk bezoekt daalde van 51 procent in 1970 naar 10 procent vorig jaar.

De kerk is volgens het SCP vooral het terrein van de 65-plusser. Is sinds 1966 vrijwel onder alle leeftijdsgroepen het kerkbezoek tussen de 70 en 75 procent gedaald tot 2006, alleen bij de ouderen bleef het verlies beperkt tot 43 procent.

Naast het bezoeken van de kerk is onder gelovigen ook het vertrouwen in de kerk zelf gedaald.Tussen 1966 en 2006 daalde volgens het SCP het percentage kerkleden dat meent dat je je aan alle regels van de kerk dient te houden van 51 naar 34 procent. Hoop is te vinden bij de jeugd, sinds de jaren negentig stijgt het aantal jongeren dat zich verbonden voelt met de kerk en vertrouwen heeft in de kerk.

Helemaal vrij van god en spiritualiteit zijn de ontkerkelijkten niet. Van alle Nederlanders acht 40 procent zich spiritueel. Op de stellingen: De zin van het leven moet worden gevonden in unieke innerlijke ervaringen en dat De eigen vermogens moeten worden ontwikkeld, antwoord zo’n 90 procent dat ze zich hierin vinden, 40 procent zelfs in hoge mate.

Nico van Scheijndel

28 april 2014